In mijn werkveld wordt er veel gesproken over het versnellen van hoogbegaafde kinderen en of dat wel of niet juist is. Er zijn dan heel stellige, meestal niet onderbouwde, argumenten om een kind niet te versnellen naar een hogere groep. Het woord versnellen is sowieso een woord dat van alles kan suggereren.

Wat bedoelen we met versnellen?

Het woord impliceert dat je een kind door het onderwijssysteem in een vijfde versnelling zou loodsen terwijl andere kinderen in een derde of tweede versnelling vooruit tuffen. Dat is echter een heel versimpelde weergave. De ontwikkeling volgen en ieder kind bieden waar het recht op heeft – namelijk een doorgaande lijn in de ontwikkeling – zal vroeg of laat tot gevolg hebben dat een kind sneller iets onder de knie krijgt dan een ander kind. Dat is met leren lopen zo, met leren kruipen, leren zwemmen, leren auto rijden, Spaans leren, wat je ook neemt, ieder mens leert verschillende vaardigheden in een verschillend tempo.

Als je het concept tijd loslaat, kun je dan nog denken in termen van versnellen, vertragen, achterstand en dat soort woorden? Nee, want deze woorden ontstaan alleen als de gebruiker naar een vergelijking verwijst. Hoe ontstaan deze vergelijkingen? Ze ontstaan in ons hoofd doordat we geconditioneerd zijn op een bepaalde manier te denken. Een kind van vier ‘hoort’ naar de kleuterklas te gaan, een kind van zes ‘hoort’ zelfstandig zijn jas op te hangen, een kind van twaalf ‘hoort’ te kunnen plannen…

Deze tijdlijnen zijn opgesteld door mensen, die het concept van het leven anders niet zouden begrijpen en een kader nodig hebben. Ze zijn overgenomen door de inrichters van het onderwijssysteem. Toen de klasjes aan het einde van de negentiende eeuw groter werden, en helemaal aan het einde van de tweede wereldoorlog in de vijftiger jaren van de twintigste eeuw, waren er problemen met te veel kinderen in een dorpsklas en te weinig structuur. Voor de leerkracht werd het onoverzichtelijk, dus is het klassensysteem ingevoerd. Denk er goed over na wat ik zeg, niet het kind was de aanleiding tot deze indeling, maar de organisatie en administratie van de klas. Het kind staat niet centraal en wordt onderworpen aan een tijdlijn en een uit noodzaak ontstane, kunstmatige indeling van de ontwikkeling van een mens. De ontwikkeling van een kind is ingedeeld in leerjaren.

Als je niet in deze indeling past, heb je een probleem

De ontwikkeling van een kind wordt gevolgd en vergeleken aan de hand van standaardtabellen en -indelingen. Als het gaat om hoogbegaafde en uitzonderlijk begaafde kinderen (mijn werkveld) is het nog onmogelijker om deze mensen in een keurslijf te stoppen. En daar ontstaat inderdaad een probleem, de omgeving wil dat je in een keurslijf past, in een ontwikkelingstabel, maar door je asynchrone en eigenzinnige ontwikkeling pas je er niet in en dus… klopt het niet. Er moet aan je gesleuteld worden tot het voor de omgeving kloppend is.

Je kunt je voorstellen dat exact dit de kinderen ziek maakt.

En het is ook exact deze indeling die ervoor zorgt dat er zoveel kinderen rondlopen met psychische klachten, met een laag zelfbeeld, met weinig zelfvertrouwen. Ze zijn zichzelf kwijt en ze zijn extreem angstig omdat ze ontheemd zijn. Ontheemd van hun ZIJN, van zichzelf.

Het keurslijf van tijd

Om de administratieve dwangmatigheid van het schoolse systeem in de juiste context te plaatsen en duidelijk te maken dat dit niets te maken heeft met de natuurlijke ontwikkeling van een mens, zal ik in het kort iets over het ontstaan van de tijd vertellen.

Het is namelijk niet de natuurlijke continuüm der dingen die de mens ziek maakt, maar juist het gebrek daaraan.

Hoogsensitieve, intelligente, intense mensen passen niet in het keurslijf van tijd.

Onder de westerse volkeren waren het de Duitsers die de mechanische klok (eind veertiende eeuw), het gevreesde symbool van de stroom van de tijd ontdekten. In de tijdloze landschappen en steden van de klassieke wereld vinden we niets van dien aard. Tot het tijdperk van Perikles werd de tijd van de dag alleen geschat door de lengte van de schaduw. Het was pas vanaf dat Aristoteles aan het woord ‘uur’ betekenis gaf. Daarvoor was er geen exacte onderverdeling van de dag. In Athene werd het aan Plato overgelaten om een praktisch bruikbare vorm van clepsydra in te voeren en dit heeft in geen enkel opzicht invloed gehad op het klassieke levensgevoel. Het is een bizar maar niettemin psychologisch exact feit dat de Helleense fysica – zijnde statica en geen dynamiek – het nut noch de afwezigheid van het tijdselement kende, terwijl wij daarentegen in duizenden seconden werken. Het enige echte evolutie-idee dat tijdloos is, is entelechie van Aristoteles.

Wat dit te maken heeft met de ontwikkeling van een kind en hoe dat kind zich kan voelen in de wereld waar de tijd en vooral interpretatie van tijd een belangrijke rol spelen? Dit is precies waar het om gaat en waar wij dagelijks mee te maken hebben.

We laten ons te veel beïnvloeden door de interpretatie van de tijd door anderen.

Ik wil niet zeggen dat je alle klokken moet vergeten en je volledig richten op het moment en wat je daarmee zou willen. Wat ik duidelijk wil maken, is dat een krampachtige indeling en dwangmatige opvolging van deze indeling mensen ziek maakt.

Met andere woorden, kinderen observeren in een klasje en conclusies trekken aan de hand van deze observaties en die vervolgens vergelijken met standaardnormen doen veel kinderen te kort. We zetten ze in een hokje en volgen niet hun behoefte om zich natuurlijk te ontwikkelen.

Praktisch kun je deze richtlijnen gebruiken, maar het gaat om de interpretatie! Tijd is geweldig als het gaat om de trein op tijd te halen of om een afspraak niet te missen of om een ei te koken. Dan is het heel handig. Maar als het betekent dat je daarmee een kind een niet goed genoeg gevoel geeft en zijn hele levensloop daarmee een verkeerde richting geeft, is dat fout. Het is niet alleen fout, dat klinkt te soepel, het is misdadig. Wie geeft je het recht een mens te vormen aan de hand van een simpele weergave van een tijdlijn in de organisatorische indeling van het onderwijssysteem?

Onderwijssysteem gebaseerd op ontwikkeling of op iets anders?

De meeste kinderen zijn niet in staat om zich te durven onderscheiden, omdat hen van kleins af aan is geleerd zich juist te conformeren en aan de verwachtingen van anderen te voldoen. Je kunt je misschien nog herinneren hoe nauwkeurig je je eigen kind als baby volgde en als het ‘te laat’ was met het hoofdje optillen of ‘te laat’ met praten had je als ouder stress omdat het niet ‘hoorde’. Het was vaak een uitgebreid onderwerp van gesprek tijdens familieverjaardagen of bezoeken aan je tante.

Als een hoogbegaafd kind onderscheidend durft te zijn, wordt het gezien als sociaal niet vaardig of sociaal onaangepast.

Zie je de paradox? Op school verwacht men van kinderen dat ze zich aanpassen aan de groep, dan zijn ze sociaal. Maar als ze dit doen, zie je niet meer wie ze werkelijk zijn en wat ze kunnen. Aan de andere kant, als ze zichzelf blijven en niet aanpassen, worden ze als niet sociaal gezien en moeten ze naar een sociale vaardigheidstraining. Als ze zich niet laten zien, kun je ze ook niet adequaat begeleiden.

De opsomming van wat een kind op een bepaalde leeftijd zou moeten kunnen of moet kunnen aanleren, is een richtlijn en je moet die richtlijn op de achtergrond ergens laten bungelen terwijl je zelf observeert en los van een tijdslijn het geobserveerde interpreteert. Een belangrijke vraag is, is er een stijging in de ontwikkeling of een stagnatie? Deze observaties koppel je dan niet aan tijd.

Iedereen kan observeren, dat is het probleem niet. Het probleem ontstaat in een effectieve communicatie van wat je ziet en wat je zegt.

Als je observeert, doe je vier dingen:

  • Je beoordeelt de situatie.
  • Je analyseert het, je beslist wat belangrijk is (wat heb ik nodig en wat niet).
  • Je verwoordt het (schrijft, praat erover).
  • Je handelt en past je gedrag aan op basis van de andere drie dingen die je doet.

Kijk wat het kind bij zich heeft, een knuffel, een tasje, een schriftje. Nog voordat je instructie geeft of praat, kun je zien wat belangrijk is voor het kind en je kunt een verbinding leggen tussen thuis en school, tussen zeker en veilig en onzeker en hopelijk niet onveilig. Je kunt die observatie gebruiken in je gesprek met het kind. Personen zijn verbonden als mensen nog voordat ze geïdentificeerd zijn als leerkracht en leerling. Menszijn komt op de eerste plaats.

We moeten de consequenties begrijpen van wat we waarnemen en de waarneembare details omzetten in bruikbare kennis om een positieve verandering te bewerkstelligen.

Waarom moet je je perspectief verschuiven? Omdat we in een ingewikkelde wereld leven. Alle problemen en situaties zijn een kwestie van perceptie en hoe we communiceren. Waar die kwesties aan voorafgaan, is van cruciaal belang.

De waarneembare details van je observatie kun je pas in bruikbare kennis omzetten als je beseft hoe je kijkt. Is het een selffulfilling prophecy of kun je objectief naar een kind kijken, zonder oordeel feiten verzamelen en dan vanuit je brede kennis en menselijkheid een positieve verandering voor dit kind bewerkstelligen?

Reik niet naar wat je wilt zien… probeer niet tot een conclusie te komen die je denkt te moeten bereiken.

Omdat de doelen de middelen niet rechtvaardigen. Je bent verantwoordelijk voor je observaties onderweg. Als je tot een conclusie komt, kun je beter zeggen hoe je daaraan komt.

Als je nadenkt over je observaties en percepties, houd je je conclusies, vooroordelen en veronderstellingen onder controle. Je bent voorzichtig met je woordkeuze, je vraagt wat je weet, wat je niet weet en wat je moet weten. Als je aan al die concepten denkt, word je een scherpere professional en een interessanter persoon.

De echte vaardigheid is hoe je langzaam en zorgvuldiger moet kijken. Het talent zit in herinneren. Het is mogelijk om dagelijkse dingen in een totaal nieuw perspectief te zien. Ouders/leerkrachten kunnen de afwezigheid van kleur in schilderijen zien om te begrijpen dat wat hun kinderen tegen hen zeggen net zo belangrijk is als wat ze niet zeggen.

En daarin speelt de tijd geen enkele rol.