Hoogbegaafde peuters? Kan dat ook? Ja, dat kan zeker. Hoewel het kind nog niet getest is, merken ouders vaak al vrij vroeg dat hun kind anders is en dat het misschien voorloopt in zijn ontwikkeling. De omgeving reageert vaak afwijzend op die gedachte. Men vindt dat de ouders overdrijven en dat ze zich niet moeten aanstellen. Blijf in zo’n geval bij je gevoel en (moeder)instinct en laat je niets wijs maken. Ook al is je kind nog niet getest, kan het natuurlijk wel hoogbegaafd zijn (het is alleen nog niet bevestigd door een getal). Jouw vermoedens zijn nog niet bevestigd door een specialist, maar je hebt wel een hoogbegaafde peuter thuis. Wat kun je doen? Hoe leef je met een hoogbegaafde peuter?
Vermijd pushen
In het Engels noemen ze het “hothousing”. Het staat voor het drillen en pushen van kinderen om iets te leren waar ze nog niet aan toe zijn.Veel ouders gebruiken deze methode onbewust bij het aanleren van basisinformatie, zoals het tellen tot 10. Hoogbegaafde peuters kunnen een grote hoeveelheid informatie onthouden; hierdoor worden ouders vaak verleid er zoveel informatie “in te stoppen” als mogelijk. Memoriseren zonder het conceptuele begrip is zinloos, het leidt alleen tot het onthouden van feiten, zonder dat er verband wordt gelegd tussen de nieuwe en bestaande kennis. Vermijd daarom deze methode van “leren”.
Volg je kind
Hoogbegaafde kinderen hebben weleens de neiging geobsedeerd te zijn door een bepaald onderwerp voor een bepaalde periode. Jouw taak is de aanwijzingen van je kind te volgen. Als hij alles over piraten wil leren of als zij alles wil weten over ridders, kastelen en prinsessen, help dan deze “obsessie” te faciliteren. Daarmee bedoel ik dat het kind niet meteen moet worden bedolven onder de boeken, encyclopedieën en films, maar dat je wel met één of twee (ontwikkelingsadequate) boeken kunt beginnen. Op deze wijze sta je het kind toe zijn eigen interesses te ontwikkelen. Het leren is in dit geval kindgericht, wat betekent dat de wens om te leren vanuit het kind komt en niet de ouder (zie ook vorige punt). Je merkt vanzelf of je kind verder “bedolven” wenst te worden.
Vind steun van mensen die begrijpen dat hoogbegaafde peuters vermoeiend zijn
Het praten over je hoogbegaafde peuter is vaak moeilijk, omdat mensen vaak denken dat je je aanstelt. Hoogbegaafde peuters zijn vermoeiend, dat kunnen maar weinig mensen zich voorstellen. Het kind moet veel meer bezig gehouden worden en er komt nog veel meer kijken bij de opvoeding. Zoek daarom mensen (online of in het echt) met wie je openlijk kunt praten over je kind.
Moedig sociale ontwikkeling aan
Hoogbegaafde mensen kunnen soms sociaal onhandig zijn. Het is daarom goed als jouw hoogbegaafde peuter leert spelen in aanwezigheid van andere kinderen. Vermijd echter geforceerde speelafspraken (moedig ze aan, maar leg ze niet op). Leer je kind vriendelijk te zijn tegenover anderen. Kinderen hebben hierin sturing nodig. Leer ze daarom de gebruikelijke omgangsnormen, zoals namen van anderen te onthouden of “pardon” te zeggen. Omdat je kind “anders” is, wil je juist dat hij of zij de sociale omgangsvormen snel onder de knie krijgt, zodat het in ieder geval op dat punt niet anders is.
Hou op met stressen!
Het is gemakkelijker gezegd dan gedaan, maar wees niet gestrest over de ontwikkeling van je kind. De ontwikkeling van sommige hoogbegaafde kinderen lijkt te stagneren op een bepaald punt in hun leven, maar neemt daarna weer een enorme sprong voorwaarts. Het is natuurlijk prima de ontwikkeling van je kind te volgen en te kijken of het aan de “norm” voldoet. Maar maak je geen zorgen als het soms niet volgens het boekje gaat. Ook een hoogbegaafde peuter heeft te maken met asynchrone ontwikkeling.
Het grootbrengen van een hoogbegaafde peuter kan soms vermoeiend zijn. Deze kinderen hebben de neiging minder te slapen, steeds alles te willen onderzoeken en zijn altijd klaar voor nieuwe indrukken. Zorg er daarom voor dat je in je schema genoeg rustmomenten hebt voor jezelf.
Wil je meer te weten komen over de begeleiding van hoogbegaafde peuters en kleuters? Schrijf je dan in voor de master class Mom’s Little Geek.
Mijn zoontje ook altijd als kind beschreven die gewoon bijdehand was. Toch twijfel ik steeds meer of hij niet meer dan bijdehand is. Vanaf de eerste dag dat hij geboren wilde hij overdag absoluut niet slapen. Altijd alles willen volgen. Snel met alles. Snel omrollen (4 maanden), snel kruipen (6 maanden), lopen rond de tafel en liep voor de 1 jaar los. Helaas gevallen en werd bang en liep uiteindelijk los met de 18 maanden. Vanaf 9 maanden liggend op de grond liggen en gefasineerd kijken naar de wielen van de auto waarmee hij speelde. Met 1,5 jaar al verstaanbaar praten en met 2 jaar goede zinnen maken en alle automerken kende hij. Zelfs op verre afstand. Hij herkende ze aan de vorm van de lampen..al heel snel kende hij alle kleuren zelfs aangeduid met bijvoorbeeld licht en donker. Ook de waarom vraag bij ingewikkelde dingen. Op 3 jarige leeftijd kende hij het alfabet en herkende wegen waar we een half jaar daarvoor waren geweest met de auto. Met de vier jaar hulp gezocht omdat hij zeker 4 tot 6 driftbuien op een dag kreeg. Toen hij naar school mocht ging dit snel over. Met de 5 jaar werden we verrast dat hij kon lezen, hij had het zichzelf geleerd…Eenmaal kunnen lezen vond hij het niet meer interessant en deed er een paar maanden niets mee. Een aantal maanden laten leest hij meteen zinnen in plaats van woordjes…hij is nu 5.5 jaar en gaat na de vakantie naar groep 3. Cito toetsen scoort hij op taal erg hoog en met rekenen ook boven gemiddelde…geen idee waar het naar toe gaat, maar het belangrijkste vinden wij dat hij lekker in zijn vel zit. En dat zit hij!
Hallo Cindy, bedankt voor je reactie. Mooi dat het met je zoontje goed gaat! Blijf hem goed volgen en hopelijk blijft de school meedenken over onderwijsaanpassing.
Groet, Renata
Hier een jongetje van 2,5 waarvan ik het vermoeden van hb heb. Zijn oudste broer is ook hb en zit in een kwadraatklas dus dan ben je meer alert. Hij kan alle letters lezen, probeert ze ook te schrijven. Hij kent de cijfers alleen noemt hij ze euro’s. Hij heeft een groot begrip van de wereld om zich heen, verteld wanneer het verkeerslicht op groen springt, is veel bezig met oorzaak gevolg, weet veel tegengestelde ( links/rechts, hoog/laag warm/heet/koud) . Laatst had mijn niet hb kleuter een test waarbij ze lichaamsdelen moesten aanwijzen, volgens juf hadden alle vijfjarigen dit fout want pas vanaf 6 hoefde ze dit te weten. Nou mijn peuter wist prima waar zijn wenkbrauwen, hals, pols en enkel was. Thuis praat hij vaak zinnen van 6 a 7 woorden. ‘Mama mag ik ranja’ ‘wat hoor ik daar? Ik hoor een ambulance!’ . Dus nu eindelijk naar de peuterspeelzaal. Ik heb aangegeven dat dit kind verwacht naar school te gaan. Hij wil lezen en schrijven. Maar op de peuterspeelzaal doet hij weinig. Hij praat met maximaal drie woorden en weigert meer te laten zien. Erg lastig. Ik voel me nu de moeder perse wil dat haar kind superslim is en speciale aandacht eist terwijl hij ‘normaal’ is. Ondertussen bied ik het thuis aan. Het scheelt ook dat hij toe is aan wat zijn broer van 5,5 op school aangeboden krijgt (qua taal) en hij meedoet met zijn broer met huiswerkjes. Toch vind ik dat er weinig aandacht is voor deze jonge kinderen. Over anderhalf jaar gaat hij naar dezelfde school als zijn broers die gespecialiseerd zijn in hb gelukkig. Ik hoop dat de schade dan nog beperkt is.