Hoogbegaafde kinderen worden regelmatig gezien als niet sociaal vaardig.
Misschien veroorzaakt door isolatie en ijverige aandacht van volwassenen of door hun intellectuele capaciteiten (waardoor het ontwikkelen van de emotionele intelligentie geen prioriteit heeft), kunnen hoogbegaafde kinderen een blinde vlek ontwikkelen voor het “lezen” van sociale richtlijnen. Voor veel hoogbegaafde kinderen schuilt hier een valkuil, namelijk een lager niveau van empathie en inaccurate waarneming in hun communicatie met anderen.
De meeste problemen ontstaan echter wanneer hoogbegaafde kinderen niet in hun omgeving passen (en dat is bijna altijd het geval): niet zozeer een gebrek aan sociale vaardigheden, maar een gebrek aan ontwikkelingsgelijken. Eén manier om kansen te creëren voor je kind om vrienden te maken is het in aanraking te brengen met ontwikkelingsgelijken, dus andere hoogbegaafde kinderen (verrijkingsclub, plusklas). “Normale” kinderen van alle leeftijden kiezen over het algemeen vriendschappen met kinderen die hun interesses delen en waarmee ze overweg kunnen. Die behoefte hebben hoogbegaafde kinderen natuurlijk ook. Dit betekent dat versnellen van het kind cruciaal kan zijn – niet alleen voor de academische stimulatie maar ook voor de sociale ontwikkeling. Dit betekent ook dat kinderen die nog niet naar school gaan kwetsbaar zijn tijdens socialisatie omdat de meeste kinderen op “hun” intellectuele niveau al op school zitten (en zij nog op het kinderdagverblijf of thuis zijn omdat ze nog geen 4 jaar zijn).
Mogelijke sociale problemen:
- Door vergevorderde taalontwikkeling en conceptuele vaardigheden zijn hoogbegaafde kinderen soms bazig tijdens spelen met anderen, wat niet altijd goed ontvangen wordt door de speelmaatjes.
- Hoogbegaafde kinderen houden vaak van moeilijke spelactiviteiten die ze niet met andere kinderen kunnen delen. Dit kan leiden tot sociale isolatie.
- Sommige hoogbegaafde kinderen verwachten van anderen dat zij op hetzelfde hoge niveau presteren als zijzelf. Dat vinden andere kinderen te veeleisend.
- Veel hoogbegaafde kinderen zoeken het gezelschap van volwassenen op als gelijkgestemde kinderen niet voorhanden zijn.
- Sommige hoogbegaafde kinderen moeten leren niet op te scheppen met hun vaardigheden en mogelijkheden, maar het omgekeerde komt vaker voor – dat kinderen niet durven te laten zien wat ze echt kunnen omdat ze bang zijn buiten de groep te vallen.
- Het kan gebeuren dat hoogbegaafde kinderen gekleineerd worden door andere leerlingen en gaan onderpresteren om sociaal in de groep te passen.
- Als een leerkracht merkt dat een kind intellectuele en sociale probleemoplossende vaardigheden bezit, wordt hem soms een leidende rol toegewezen in de groep. Maar leiderschap moet op natuurlijke wijze ontstaan. Andere kinderen kunnen een “bevordering” verkeerd opvatten, terwijl het hoogbegaafde kind zelf deze rol misschien helemaal niet wil. Je moet er voor waken dat er geen “Robin Hood effect” ontstaat, namelijk dat de tijd van hoogbegaafde kinderen gestolen wordt om minder goede leerlingen te ondersteunen. Ieder kind heeft recht op onderwijs op zijn/haar eigen niveau, dus ook het hoogbegaafde kind.
Het is onvermijdelijk dat wanneer je qua ontwikkeling “uit de pas loopt” in vergelijking met de meerderheid, dit vroeg of laat tot sociale of emotionele problemen leidt. Wanneer het kind zichzelf of zijn hoogbegaafdheid niet begrijpt, kan dit leiden tot onnodige verwarring en ongemak tijdens het opgroeien.
Naast het zorgen voor contacten met ontwikkelingsgelijken, kunnen ouders met behulp van onderstaande tips hun kind helpen zijn/haar sociale behoeften beter te leren begrijpen:
-
- Sommige hoogbegaafde kinderen ontwikkelen enerzijds een diepe genegenheid tegenover hun ouders en later tegenover andere verantwoordelijke volwassenen, maar anderzijds kan het hen aan een brede genegenheid ontbreken (Porter, 1999). Dit maakt dat deze kinderen erg leunen op hun ouders, in die mate dat ze zelfs angstig kunnen zijn bij afscheid. Alleen met extra ondersteuning zullen deze kinderen afscheid durven nemen op bijvoorbeeld kinderdagverblijf of kleuterklas. Ook deze zeer jonge kinderen hebben uitdaging nodig. Wanneer geestelijke ondersteuning of extra uitdaging ontbreekt, kunnen de problemen bij afscheid aanhouden.
-
- Hoogbegaafde kinderen hebben al vanaf zeer jonge leeftijd door dat ze anders zijn. Uitgelegd moet worden dat hun hersenen anders leren dan die van een gemiddeld kind en dat andere kinderen niet met opzet ongeïnteresseerd zijn of niet reageren op hun ideeën.
-
- Het zelfvertrouwen van je kind moet niet afhankelijk zijn van de evaluaties van anderen (positieve of negatieve) maar van de voldoening die je kind krijgt door het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden.
-
- Het kind moet leren begrijpen (en het is aan de ouder om dit uit te leggen) dat ook als het goede sociale vaardigheden heeft en redelijke contacten met klasgenoten, het waarschijnlijk moeilijk zal zijn een echte warme vriendschap te ontwikkelen met leeftijdgenoten. Sommige hoogbegaafde kinderen voelen zich minder aangetrokken tot anderen (Porter, 1999); wanneer een kind zich om die reden zou willen aanpassen (door onderpresteren bijvoorbeeld) zou het al vrij snel merken dat dat ook geen voldoening geeft. Het zou zichzelf verliezen ten koste van de illusie van volledige acceptatie.
-
- Uit diverse onderzoeken is gebleken dat veel hoogbegaafde kinderen en jongeren een spanning ervaren tussen in de groep willen passen en goed presteren. Ouders kunnen proberen een mentor te vinden voor hun kind zodat hij/zij zich meer op zijn gemak voelt bij het halen van hoge scores. Maar een groep van ontwikkelingsgelijken zou een nog betere steun voor het kind kunnen zijn.
-
- Het kind zou moeten leren vriendschappen te tolereren op verschillende niveau’s van intimiteit: kennissen, kinderen waarmee je soms kunt spelen, oppervlakkige vrienden en echte vrienden, soul mates. Ouders kunnen aan hun kind uitleggen dat iedereen (hoogbegaafd of niet) slechts één of twee goede vrienden heeft en dat je die misschien pas op latere leeftijd tegenkomt. Wanneer een kind een groep klasgenoten ziet die lol lijken te hebben zou bij nader onderzoek blijken dat ze alleen bij elkaar zijn omdat ze elkaar kennen en dat geen van hen een echte band heeft met de anderen uit de groep. Indrukken kunnen misleidend zijn en ouders doen er goed aan dit uit te leggen aan hun kind.
-
- Als kinderen specifieke problemen hebben met vaardigheden die samenhangen met sociale competenties kunnen ouders en onderwijzers hen coachen op het gebied van bijvoorbeeld tact, samenwerken, volgen of leiden, hoe om te gaan met een nieuwe groep, oplossen van conflicten e.d.
-
- Uiteindelijk zullen sommige kinderen moeten accepteren dat zij in hun leven een balans moeten vinden tussen contacten leggen met anderen, omdat ze bang zijn voor eenzaamheid, en contacten verbreken, omdat anderen saai zijn geworden (Gross, 1993). Alleen zijn hoeft geen probleem te zijn zolang eenzaamheid gezocht wordt, maar zelfs dan ervaren veel mensen eenzaamheid van tijd tot tijd als negatief en spoort dat hen aan op zoek te gaan naar gezelschap. Het is daarom niet altijd een signaal van serieuzere problemen.
Zich bewust worden van de eigen sociale vaardigheden en daaraan werken is belangrijk voor een kind om te leren reageren op anderen en om verbinding te zoeken met familie, vrienden en de rest van de wereld.
Kenmerkend voor hoogbegaafde kinderen is een sterk ontwikkeld rechtvaardigheidsgevoel, hoewel dat niet altijd blijkt uit hun gedrag – het zijn tenslotte kinderen. Dit kan bijdragen tot onverzettelijk gedrag. Soms is hun intense kritiek of oordeel een resultaat van deze positieve eigenschap. Het is belangrijk hen te leren hun visies op tactvolle wijze naar voren te brengen.
Wil je je kind helpen leren omgaan met zijn anders zijn en sociale vaardigheden trainen? De training Zorg zelf voor jouw succes! is nu ook als thuisstudie beschikbaar.
Hallo Renata,
Wat een goed stuk weer. Bij zoveel wat je schrijft of vertelt hebben wij zoveel herkenning, dat ik het nu niet kan laten om te reageren.
Voor onze dochter herkennen we veel van het leunen op ons als ouders, het moeilijk vriendschappen kunnen aangaan en onderhouden en onderpresteren in de klas (groep 4).
Voor onze zoon (groep 3) herkennen we het Robin Hood effect, wat hem veel te veel verantwoordelijkheidsgevoel en stress oplevert in de klas (“ik kan niet ziek zijn, want ik moet de kinderen helpen”). Hij is heel trots op zijn vaardigheden en schept er graag over op, hij heeft gelukkig wel (ook gelijkgestemde) vrienden, maar hij loopt vaak op zijn tenen.
Wij (als ouders) lezen graag en aandachtig al je nieuwsbrieven en veel informatie is ons tot steun. Na de zomer gaan wij op een andere school starten, waarvan we hopen en verwachten dat ze onze hoogbegaafde kinderen meer passend zullen begeleiden.
Hallo Gabrielle, bedankt voor je bericht. Leuk om ook van een leerkracht te horen. Het kan zijn dat deze leerling nog in een soort stramien van aanpassen zit. Dat met hem nog niet gesproken is over hoe anders hij is en waarom en dat hij de anderen niet hoeft na te doen. Het kan ook zijn dat hij uitzonderlijk begaafd is (meer dan 145 iq) waardoor hij zich ook in de plusklas aanpast. Hoe is hij thuis? Is hij daar zichzelf? Je zou het anders zijn in de plusklas kunnen bespreken, bv. met een discussie/filosofieles, zodat iedereen kan vertellen hoe het voor hem of haar is, welke ervaringen ze hebben en hoe ze ermee omgaan.
Hartelijke groeten, Renata
Hallo Renata,
Wat herken ik veel van het gedrag dat je beschrijft; clownesk, lachen om een ander, lachen om woorden als plas, van je stoel vallen….
Onze leerling (bijna 6) liet dit gedrag in groep 2 zien, irriteerde zich aan klasgenoten. Liep een jaar voor op meeste gebieden. Nu groep 3, versneld, wel vriendjes, heeft het naar zijn zin, zien we nog dit opvallende gedrag. Ook in de plus-groep zien ze dit gedrag…. Wat adviseer jij ? Kunnen hieraan met hem werken met een bepaalde training? Jongen heeft hoge verwerkingssnelheid. Groot taalbegrip..
Ik begrijp dat dit een kort verhaal is maar ik schrijf je toch…
Alvast bedankt voor je mooie adviezen.
G Schaap
Hallo Annemieke,
Bedankt voor je bericht. Je kunt ook de zelfstudietraining proberen voor alle kinderen. Je kunt datgene pakken en oefenen wat ze op dat moment nodig hebben. Je hoeft dus niet hoofdstuk voor hoofdstuk de training doornemen. Als je aan de hand van de training met je kinderen praat over het anders zijn, waarom mensen reageren zoals ze reageren, hoe ze anderen kunnen benaderen, wat ze in verschillende situaties kunnen zeggen e.d. worden kinderen al zelfverzekerder. En daar gaat het eigenlijk om, want dan voelen ze zich ook beter in situaties waarin ze duidelijk anders zijn.
Groeten, Renata
Hallo Renata, hoe sta jij tegenover sova training? Voor alle 3 mijn kinderen ( mb en hb) is het al geopperd maar ik vind de gangbare trainingen tekort schieten. Je slaat voor mij de spijker op de kop met dit stuk en met de gangbare trainingen, zal mijn kind zich nog meer aan moeten passen voor mijn gevoel…
In januari besloten in samenspraak met school dat mijn jongste (9) gaat versnellen (groep 5/6 in één jaar): de herkenning, erkenning en acceptatie van school dat ze ‘anders’ is, heeft geresulteerd in zelfacceptatie. Ze gaat nu letterlijk zingend door het leven (zelfs tijdens het lezen van een boek zit ze te neuriën) en het lijkt alsof de sluisdeur is opengezet om de waterval te verlossen. Het toetsen door school (op deze site gezien als valkuil) was voor haar een heel fijne tijd, een zege, eindelijk mogen laten zien wat je kan. Ze is zo snel, de verwachting is nu dat ze groep 7/8 ook in één jaar gaat doen en wat is ze blij en trots. Ontroerend om te zien hoe ze kennelijk heeft gewacht om gezien te worden, voordat ze zichzelf durfde te laten zien.
En ja, binnen het gezin is dat soms best lastig. Mijn oudste dochter (11) is ook heel slim, misschien hoogbegaafd (heb beiden niet laten testen) heeft op school verdiepings- en verrijkingstaken, plusklas gedaan, etc., en wordt zomaar ingehaald door haar kleine zusje. Voor haar niet leuk.
Dat vergt begeleiding voor beiden, maar dat geldt toch voor iedere ouder, dat ieder kind uniek is en eigen begeleiding en aandacht nodig heeft? Dat je als ouder energie moet blijven steken in het in balans houden van het geheel.
Het leven is meer dan school en waar mijn oudste een leuke hechte vriendengroep heeft, heeft mijn jongste geen aansluiting gevonden en soms mist ze dat, meestal niet.
Sommige feiten in het leven zijn hard en niet wat je wilt of hoopt, daarmee om leren gaan is misschien wel het belangrijkste om mee te geven aan kinderen.
Ik kan niet anders dan trots naar mijn kinderen kijken, omdat ze allebei zichzelf durven zijn, waardoor het lijkt alsof ze acceptatie op natuurlijke wijze afdwingen. Ik voel me bemazzeld dat mijn beide dochters docenten hebben die kijken en zien, die -zowel met mij als met de kinderen zelf- de communicatie open houden.
Ik ga de toekomst met open vizier en vertrouwen tegemoet, omdat ik dit jaar eindelijk heb ervaren hoe evenwicht voelt.
(….en wat voelt het fijn om dit eens op te schrijven…)
Hoi Renata,
Ontzettend herkenbaar weer. Wat fijn dat je met je blogs ons woorden geeft voor wat wij ervaren met onze zoon. Zo kunnen wij ons gevoel en ook onze zorgen delen met anderen. Bedankt!
Het toetrekken naar volwassenen is inderdaad ook heel erg herkenbaar. Onze zoon noemt trouwens iedereen die een keer aardig tegen hem doet al gelijk zijn vriend. Hij kan ook met vrijwel iedereen spelen. We merken alleen dat hij dan een rol speelt waardoor het spelen er heel gezellig uit ziet, hij heeft er ook ogenschijnlijk plezier in, maar hij is niet zichzelf. Dat merken wij dan wanneer hij weer thuis komt. Dan wil hij rust, dan is hij opstandig etc etc. Slechts bij een enkel vriendje/vriendinnetje (ontwikkelingsgelijken!) is dat veel minder, dan is hij ontspannen en zien wij zijn echte eigen ik.
We vinden het wel lastig om hier met hem over te praten aangezien hij zelf totaal niet door heeft dat hij zich aanpast. Het gaat immers automatisch en hij doet dit eigenlijk al sinds het kinderdagverblijf.
Gr. Karin
Yvonne, een versnelling MOET niet, dat mag. Je moet kijken naar het totaalplaatje. En soms is dat niet handig. Als er dan op een andere manier gekeken wordt naar de behoeftes van het kind, daar gaat het om. Ben blij dat je zoon met andere gelijkgestemden in de klas zit. Groeten, Renata.
Maaike, dank je!
Hello Renata,
Zo herkenbaar dit stukje. Maar voor versnellen moet er ook de rest van het gezin soms in ogenschouw genomen worden. Als versnellen betekent dat het bij broer of zus in de klas komt, is het dan wenselijk? Niet altijd. In ons gezin zou het betekenen dat mijn zoon bij zijn zus in de klas zou komen. Dat vond iedereen geen goede situatie en er is dus niet daarvoor gekozen. Nu zit hij gelukkig met 3 andere ontwikkelingsgelijke in de klas en heeft hij op die manier die uitdaging.
Beste Renata,
Misschien wel je beste stuk (van de vele) tot nu toe. Uit mijn hart gegrepen…. Wat fijn om zoveel te herkennen en terug te zien hoe zoveel samenhangt met het HB zijn in plaats van uitsluitend ongewenst gedrag laten zien. Bedankt voor de tools om aan de slag te gaan met dit stukje ´ongewenste´ gedrag van mijn kind.